Boekennieuws.

Een wiskundige, computerprogrammeur, systeemontwerper en ook nog eens schrijver van een oeuvre van meer dan vijftig romans, essays en korte verhalen: Gerrit Krol was een bezig baasje. Hij werd geprezen om zijn proza en deed vriend en vijand opkijken toen hij zich een voorstander toonde van de doodstraf. Afgelopen zondag heeft het publiek afscheid van hem moeten nemen: op 79-jarige leeftijd overleed Gerrit Krol. Krol werd geboren op 1 augustus te Groningen. Voordat hij de pen zou leren hanteren studeerde de jonge Krol wiskunde en wist een baantje te bemachtigen bij Shell, alwaar hij zijn kunsten als computerprogrammeur kon vertonen. Het was in 1961 dat Krol debuteerde als dichter. In diverse literaire tijdschriften verscheen poëzie van zijn hand. Een jaar later zette hij de eerste stappen als prozaïst met De rokken van Joy Scheepmaker. Zo in de jaren negentig zou hij een eigen stijl ontwikkelen waarin zijn wiskundige achtergrond sterk naar voren kwam, wat goed naar voren kwam in Het gemillimeterde hoofd uit 1967, waarvoor Krol de Prozaprijs van de gemeente Amsterdam mocht ontvangen. Het was in deze periode van zijn schrijverschap dat hij een opvallend essay schreef, Voor wie kwaad wil. Een bespiegeling over de doodstraf, waarin hij zich een voorstander van de doodstraf toonde. In zijn latere carrière vormde zijn wiskundige kennis minder een onderdeel van zijn verhalen en verdwenen de voor hem zo typerende abstracties (die hij in formules en tekeningen aan de lezer vertoonde) uit zijn werken. Zijn laatste boek, Duivelskermis uit 2007, ging over de ziekte Parkinson waar Krol aan leed. Gisteren is hij eraan bezweken en overleed hij op 79-jarige leeftijd, een rijk en eigenzinnig oeuvre achterlatend.