Boekennieuws.

Nieuws, reportages en achtergronden uit de wereld van het boek

archief

Michel van Egmond

Voetbal en literatuur, zo op het eerste gezicht een onwaarschijnlijk combinatie. Toch is er een markt voor de sportliteratuur, waarin uiteraard voetbal als sub genre een grote rol in speelt. Was dit genre eerst nog bestemd voor de marge, verkrijgbaar voor de liefhebbers, na Gijp heeft de sportliteratuur – met in het bijzonder voetbal – zijn doorbraak gevonden. Massaal werd de biografie van Michel van Egmond over de goedlachse René van der Gijp verslonden. Het is dan ook des te ironischer dat de rest van het oeuvre van van Egmond zo goed als onbekend is gebleven. Sterker nog, van Egmond heeft nog meer op zijn palmares staan dan alleen de bestseller over de bebrilde ex-voetballer. Met de hevige oranjekoorts is dit een mooi moment Michel van Egmond eens in de spotlight te zetten. Eerst maar wat basisfeiten: Michel van Egmond werd geboren op 19 maart 1968 in Voorburg en stortte zich op een journalistieke carrière. Zo schrijft hij voor het voetbalmagazine Hard Gras, is hij columnist voor AD Sportwereld Pro, redacteur bij Holland Sport, en verzorgt hij eveneens de beeldregie voor het populaire VI. Een bezig baasje dus. Maar hij doet nog meer. Zijn eerste boek, Nooit meer juichen, verscheen in 1999, en beschrijft diverse sportlegendes die op tragische wijze onderuit zijn gegaan. Echt bekend is het boek niet (volgens literatuurplein.nl is het niet eens meer leverbaar). In 2005 verscheen dan Feyenoord wint de Wereldcup, gevolgd door Van Didi tot Kaka in 2008, geschreven in samenwerking met Marcel van Roosmalen. Deze werken betekenden nog niet de doorbraak voor van Egmond, maar zijn minder obscuur en nog steeds te koop. Wandelen met Cruijfff en Andere Bijzondere Voetbalverhalen in 2011 deed het al iets beter, toch zal deze titel nog niet op ieders netvlies gebrand staan. Het grote omslagpunt volgde in 2012. Van Egmond komt op het idee een boek te schrijven over ex-voetballer, analyticus en mediapersoonlijkheid René van der Gijp. Deze denkt er anders over. Als van Egmond over hem wil schrijven, gaat dat echt een heel dun “boekie” worden. En ja, zo moet van Egmond toegeven, spannend is het leven van de lolbroek niet. Tot van der Gijp slachtoffer wordt van een burn out. Van Egmond ruikt een spanningsboog en besluit deze optimaal in te zetten voor de biografie Gijp. Het werkte: afgezien van de bestsellerstatus die zijn boek wist te bereiken, wist van Egmond er tevens de NS Publieksprijs mee in de wacht te slepen. Het is wat overdreven te stellen dat dit boek mensen aan het lezen zet (al zeggen de cijfers wat anders), toch kan niet aan de indruk worden onttrokken dat een verandering gaande is in boekenland. Voetballiteratuur is er niet alleen nog maar voor de liefhebber. Op explosieve wijze heeft deze markt zich verbreed. In 2013 verschijnen nog 100 jaar Feyenoord: 1908-2008 en Het Pak van Louis van Gaal, maar het is met Kieft in 2014 dat van Egmond wederom een echte bestseller weet te scoren. Sterker nog, Gijp is weer teruggekomen in de bestseller top-60 en Kieft staat meteen op nummer één. In deze biografie staat een andere voetballer centraal, Wim Kieft, die openhartig vertelt over de worstelingen met zijn cocaïneverslaving. Anders dan met van der Gijp heeft van Egmond direct zijn spanningsboog te pakken. Of van Egmond deze status van bestsellerauteur te behouden is afwachten. Met Gijp heeft hij bewezen een vaardige schrijver te zijn die een gebalanceerde stijl bezigt: niet zwaar maar ook niet te makkelijk. Dankzij deze balans weet hij de lezer vanaf de eerste pagina zijn wereld in te trekken en het onderwerp voetbal toegankelijk te maken. Het zou dan ook zonde zijn als hij alleen bekend zou worden van twee bestsellers.
Geschreven door Vincent op 2014-06-27 11:04:53.